Blijf op de hoogte van de nieuws items!
12-6-2024
Steinernema feltiae aaltjes
Vandaag zoomen we in op de feltiae aaltjes.
Plagen die bestreden kunnen worden met Steinernema feltiae
-
Varenrouwmuggen (Sciaridae)
- Schade: De larven van varenrouwmuggen voeden zich met wortels van zaailingen en jonge planten, wat kan leiden tot verwelking en afsterven.
- Herkenning: Zwarte mugjes die rond de basis van planten vliegen en glazige larven in de potgrond.
-
Tripsen (Thysanoptera)
- Schade: Tripsen zuigen plantensappen uit bladeren en bloemen, wat leidt tot zilverkleurige vlekken, vervorming en groeiachterstand.
- Herkenning: Kleine, dunne insecten op bloemen en bladeren, vaak met vleugels met franjes.
-
Wortelvliegen (Psila rosae)
- Schade: De larven van wortelvliegen graven zich in wortels van gewassen zoals wortels, waardoor tunnels en rotting ontstaan.
- Herkenning: Kleine, witte larven in wortels en schade aan het wortelgewas.
-
Rouwvliegen (Bradysia spp.)
- Schade: De larven van rouwvliegen eten aan wortels en kunnen jonge planten ernstig beschadigen of doden.
- Herkenning: Zwarte, mugachtige insecten die rond de basis van planten vliegen en glazige larven in de bodem.
-
Spintmijten (Tetranychidae)
- Schade: Spintmijten zuigen plantensappen op, wat leidt tot vergeelde bladeren, bladverlies en verminderde groei.
- Herkenning: Fijne webben en stipjes op de bladeren, vaak bij droge en warme omstandigheden.
-
Buxusmot (Cydalima perspectalis)
- Schade: De rupsen van de buxusmot vreten aan buxusbladeren, wat kan leiden tot complete kaalvraat en afsterven van de planten.
- Herkenning: Groene rupsen met zwarte stippen op buxusplanten en het verlies van bladeren.
-
Mineervliegen (Agromyzidae)
- Schade: De larven van mineervliegen graven zich in de bladeren van planten, waardoor kronkelende gangen ontstaan en de bladeren verwelken.
- Herkenning: Witte of bruine kronkelende lijnen op bladeren, veroorzaakt door de larven.
Toepassing van Steinernema feltiae
- Timing: Het is belangrijk om de aaltjes toe te passen wanneer de plagen actief zijn. Voor veel plagen is dit in de lente en de vroege zomer.
- Bodemvochtigheid: Houd de bodem vochtig tijdens en na de toepassing om de aaltjes actief te houden.